Leerstijlen
Iedereen heeft een persoonlijke leerstijl, dat wil zeggen: een manier van omgaan met leerstof en leeractiviteiten. Sommigen leren graag door vragen te stellen. Anderen willen meteen met iets aan de slag. Ken jij jouw leerstijl? Doe de test.
Inzicht hebben in welke leerstijl iemand heeft is waardevol voor:
- De persoon zelf: zicht hebben op hoe je best leert, helpt om op een kwalitatieve wijze aan je competentie-ontwikkeling te werken. Je kan dan een opleidingswijze kiezen die best aansluit bij wat jij nodig hebt om te leren.
- De VTO-coördinator: niet alle leervormen slaan aan bij alle medewerkers.
Als je de leerstijl van je medewerker kent, kan je (samen) bekijken op welke wijze bepaalde nieuwe kennis of vaardigheden best worden aangeleerd.
Bijv. het leren van Excel kan via een klassieke opleiding of via e-learning (zelfstudie), welke formule je inzet is sterk afhankelijk van de leerstijl van je medewerker.
- De lesgever: een opleiding die ervaringen biedt aan een verscheidenheid van leerstijlen vergroot de kans op succes. Dit veronderstelt het specifiek inspelen op de leerstijl van de deelnemers die je voor je hebt.
Kolb
De psycholoog Kolb onderzocht deze verschillende manieren van leren en onderscheidt vier leerstijlen. Deze komen overeen met vier fasen in het leren die van elkaar afhankelijk zijn:
• Concreet ervaren: iets doen en dan ontdekken wat dat voor gevolgen heeft.
• Waarnemen en overdenken: bekijken wat er gebeurd is en daarover nadenken en erop
verder reflecteren.
• Abstracte begripsvorming: het formuleren van een plan om het de volgende keer beter te
doen en zich tegelijk afvragen wat goed, nodig en wenselijk is.
• Actief experimenteren: het toepassen van een voornemen in de praktijk en het daaruit
trekken van conclusies.
Volgens Kolb is dit een spiraalvormig model: de verschillende fasen herhalen zich voortdurend in dezelfde volgorde. Per cyclus heeft de persoon iets bijgeleerd. Met andere woorden: de volgende cyclus zal op een hoger niveau verlopen.
Je hoeft niet altijd bij de fase van het concreet ervaren te beginnen. Je kan ook op een ander moment van de cyclus instappen. Je kunt zelfs een fase overslaan, maar dan daalt het leerrendement.
Iedere mens heeft zijn voorkeur voor een bepaalde fase uit deze cyclus. Kolb noemt dat iemands leerstijl. De vier leerstijlen zijn:
• Doener : leren door te doen of te ervaren
• Bezinner : leren door waar te nemen en te overdenken
• Denker : leren door analyse en denken
• Beslisser : leren door actief te experimenteren
Kolb ontdekte ook dat mensen geneigd zijn om de leerstijl die ze reeds goed beheersen verder uit te bouwen ten koste van de andere. Hij pleit ervoor dat iedere persoon ook de drie andere leerstijlen traint. Idealiter beschik je over kenmerken van de vier leerstijlen, omdat de hele leercyclus van Kolb doorlopen moet worden om leerprocessen te voltooien.
Test: ontdek je voorkeursleerstijl via één van de vele online tests zoals: www.thesis.nl/testen/kolb.
De ene leerstijl is niet beter dan de andere. Wel lenen sommige leerstijlen zich beter voor specifieke leervormen dan andere.
Voorbeelden van geschikte didactische werkvormen per leerstijl:
- Doener: debat, rollenspel, practicum, … actieve werkvormen.
- Bezinner: discussie over ervaringen, brainstormen, onderwijsleergesprek, intervisie, forumdiscussie…
- Denker: demonstratie, interview afnemen, college, internetopdrachten met duidelijke vragen,…
- Beslisser: quiz, casus met reële praktijksituatie als uitgangspunt, korte column schrijven,…
Benieuwd naar een tweede model over leerstijlen?